Milieuschadekosten 2020
Auteurs: Joukje de Vries, Sander de Bruyn (CE Delft)
Het Platform i-Tree Nederland heeft aan CE Delft een update gevraagd van het advies rondom de toepassing van milieuschadekosten om baten van het planten van bomen te kwantificeren in het model i-Tree uit 2019. In vergelijking met de vorige notitie zijn er twee aanpassingen doorgevoerd:
- De milieuprijzen zijn aangepast aan het prijsniveau van 2020
- De milieuprijzen zijn (deels) gedifferentieerd naar eigenschappen van de plek van uitstoot en, voor NOx, aangepast aan de systematiek van het Schone Luchtakkoord, waarvoor CE Delft de achtergrondberekeningen heeft uitgevoerd.
Onderstaande zijn de resultaten weergegeven prijzen voor Nederland in €/kg emissie, tenzij anders aangegeven. Het uitgangspunt van de prijzen is het Handboek Milieuprijzen (CE Delft, 2017). De prijzen zijn vertaald naar het prijsniveau van 2020 op basis van inflatiegegevens van het CBS. Daarnaast is voor PM2.5 uitgegaan van een recent onderzoek van CE Delft (2021) omtrent de advisering van het gebruik van milieuprijzen voor de regeling Specifieke Uitkering (SPUK) in het Schone Luchtakkoord. Voor NOx is een differentiatie bereikt op basis van het onderzoek voor de Europese Commissie (CE Delft, 2019).
CO2 en C in CO2
Net als in de vorige memo is de CO2 prijs gebaseerd op de centrale waarde van het prijspad van emissies die behoren bij de 2-graden doelstelling. Omdat de Nederlandse overheid het akkoord van Parijs hebben onderschreven, vormt dit een beter uitgangspunt da de standaardprijzen in het milieuprijzenhandboek. Deze prijs stijgt conform het handboek Milieuprijzen met 3.5% per jaar in reële termen. De omrekening van CO2 naar een prijs voor het atoom C in CO2 is gebaseerd op het moleculaire gewicht.(CO2 kent een moleculair gewicht van 44,01 g/mol, waarvan het koolstofatoom 12,01 g/mol weegt).
Het effect van bomen op PM2.5 emissies
In de vorige memo is de discussie of bomen wel of geen effect hebben op PM2.5 emissies van verkeer besproken. Volgens (RIVM, 2011) hebben bomen geen effect op de emissies van verkeer en leidt het planten van bomen niet tot het meer afvangen van fijnstof in het verkeer dan van andere bronnen. Anderen (zie bv. Yin et al., 2011) bewijzen via experimenten dat luchtkwaliteit schoner is in gebieden met veel bomen. Er is dus grote onzekerheid over het precieze effect van de fijnstofreductie door bomen.
Daarom passen we het advies om de algemene milieuprijzen voor PM2.5 in plaats van transportspecifieke milieuprijzen te gebruiken niet aan. Wel kunnen we de milieuprijzen differentiëren naar uitstoothoogte en het aantal inwoners van de betreffende stad of dorp, zoals hieronder beschreven.
Differentiatie milieuprijs PM2.5
De schadelijkheid van fijnstof kan erg variëren, afhankelijk van zowel de hoogte waarop deze wordt uitgestoten, als het aantal mensen dat de emissies potentieel inhaleert. Daarom heeft CE Delft sinds het vorige advies de prijs van fijnstof gedifferentieerd. In 2021 heeft CE Delft in opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat de PM2.5 milieuprijzen gedifferentieerd naar inwoners van een betreffende plaats en de uitstoothoogte van de emissies. Uitstoot in dichtbevolkt gebied is over het algemeen schadelijker dan uitstoot in dunbevolkte gebieden, zeker als het gaat om emissies die laag bij de grond plaatsvinden. In bovenstaande tabel zijn de prijzen weergegeven voor de hoogte 2-20 meter. Voor het gebruikt van de milieuprijzen voor de baten van het planten van bomen achten wij deze dit de best passende hoogte en daarmee de meest geschikte prijzen.
Differentiatie milieuprijs NOx
Ook voor stikstof geldt dat de schadelijkheid van de emissies kan variëren naar het aantal mensen wat zich gemiddeld dichtbij de uitstootbron bevindt. Het Handboek External Costs of Transport dat door de Europese Commissie wordt gebruikt differentieert de schadelijkheid van NOx emissies naar stad en platteland. Eenzelfde differentiatie is ook voor de NOx emissies te verkrijgen. We gaan hierbij uit van de lage waardering van NOx emissies voor gezondheidseffecten uit het Handboek Milieuprijzen, omdat die, zoals uitgelegd in CE Delft (2021), een betere inschatting voor gezondheidseffecten geeft dan de hogere schatting. Steden zijn alle gebieden waar de jaarlijkse norm van 20 ug/m3 NO2 wordt overschreden. Dit betrof in 2018 62 gemeenten (zie bijlage A). We adviseren om voor deze gemeenten de hogere milieuprijs voor NOx te gebruiken (‘Stad’) en voor de overige gemeenten de lagere milieuprijs (‘Platteland’).
Ozon
Voor ozon is sinds de vorige update nog geen milieuprijs berekend. Ozon ontstaat in Nederland door emissies van NMVOC dat onder invloed van zonlicht, en samenstelling van de atmosfeer, kan transformeren in ozon. Voor NMVOC kan een milieuprijs van €2,26 worden gehanteerd (2020 waarde).
Tabel milieuschadekosten 2015 & 2020
* Gedifferentieerd naar aantal inwoners in betreffende dorp/stad en hoogte. Alleen de hoogte 2-20 meter is hier weergegeven.
Literatuur
CE Delft, 2017. Handboek Milieuprijzen 2017: Methodische onderbouwing van kengetallen
gebruikt voor waardering van emissies en milieuimpacts. Delft. CE Delft, 2021.
RIVM, 2011. Het effect van vegetatie op de luchtkwaliteit : Update 2011.
Yin, Shan, Zhemin Shen, Pisheng Zhou, Xiaodong Zou, Shengquan Che, Wenhua Wang, 2011.
Quantifying air pollution attenuation within urban parks: An experimental approach in Shanghai, China,
Environmental Pollution, Volume 159, Issues 8–9, Pages 2155-2163,